De Bastille in Parijs was oorspronkelijk gebouwd als een versterkt kasteel en stadspoort om de stad en de koning te beschermen in de 14e eeuw. Later kreeg het gebouw vooral de functie van staatsgevangenis, waar voornamelijk politieke gevangenen en leden van de hogere klasse werden vastgehouden op bevel van de koning. De Bastille werd zo een symbool van de koninklijke macht en werd berucht vanwege de willekeurige opsluiting die mogelijk was zonder proces.
Oorspronkelijke functie
- Bescherming van Parijs tegen aanvallen van buitenaf.
- Dienst als versterkte stadspoort en militair verdedigingswerk in opdracht van koning Karel V.
Functie als gevangenis
- Vanaf de regering van Lodewijk XI en vooral onder Richelieu, ingericht als staatsgevangenis.
- Opsluiting van politieke tegenstanders, edellieden en intellectuelen zonder normaal proces via een koninklijk bevel (lettre de cachet).
- Werd symbool voor de onderdrukking door de monarchie, vooral op het hoogtepunt van de Franse Revolutie.
De bestorming van de Bastille op 14 juli 1789 markeerde het begin van de Franse Revolutie, waarna het gebouw werd afgebroken.